OP DIERENDAG ETEN WIJ VLEES MET EEN STUKJE RESPECT NAAR HET DIER TOE

Vijf jaar geleden zijn Suchin en ik getrouwd. Zij is veertig jaar jonger dan ik, een Aziatische schone, alles drop en dran. Wat wil je nog meer als zeventig-plusser? Je leeft maar één keer, dus mijn mottto is: Carpe Diem, pluk de dag. En natuurlijk Carpe Feminam .

Ze is superslim. Binnen een jaar sprak ze vloeiend Nederlands. Ook zíj is gelukkig in ons huwelijk. We zitten genoeglijk aan de keukentafel als ze vraagt: “Heb je al aan zondag gedacht?”
“Hoezo?” vraag ik.
“Dan is het dierendag.”
“Verrek, krijg nou wat. Zijn we dan niet te laat?”
“Nee hoor”, zegt ze, “tijd zat.”

De volle eer
Je moet weten dat wij sinds ons huwelijk een compleet nieuwe invulling hebben gegeven aan 4 oktober, de dag waarop je laat zien hoeveel je van dieren houdt. De rest van het jaar verschalken Suchin en ik aan de lopende band karbonaadjes, kippenpoten, biefstukjes, schnitzels en haasjes zonder er bij stil te staan wat we de verstrekkers van deze heerlijkheden aandoen met hun armetierige levens in de bio-industrie. Ze smaken prima, maar eigenlijk is het een schande. Dat drukken we het hele jaar door weg, maar niet op dierendag. Dan willen we dieren eten die die we wèl uitstekend hebben behandeld, bijna alsof het mensen waren. Ik heb het over Basta en Rasta, onze kat en hond.
(doorkauwen onder de foto)

Basta1 (links) en Rasta 1 vlak na aanschaf. Heerlijke dieren!

Met pasta
Ik kwam op het idee toen ik die anekdote hoorde over een dame die at bij de Chinees en een bakje water voor haar hondje vroeg. De ober verstond haar niet, waarop zij naar het hondje wees en zei: Dlinken? De man knikte en nam de hond mee naar de keuken. Ze kreeg het beestje fraai bereid op een vleesschaal retour.
Zo ontstond mijn plan, maar het was onuitvoerbaar toen ik Suchin nog niet had. Haar virtuoze handigheid staat er garant voor dat Basta en Rasta in een oogwenk zijn geslacht, gevild, uitgebeend, schoongemaakt en op het vuur staan. Op twee pitten, want je moet de smaken niet vermengen. Basta moet bovendien veel langer doorpruttelen omdat ze taaier is (honden zijn al halfgaar om te beginnen). Suchin zorgt voor uitgelezen Aziatische kruidenmengsels. Ze worden evenwel op z’n Italiaans opgediend met pasta. Voor de poëzie. Wat eten we op 4 oktober? Basta en Rasta met pasta. En bladsla. Het is elk jaar weer een feestmaal. We waren bij hun leven al dol op deze dieren, maar dit slaat alles.
(doorkauwen onder de foto)

Achterste rij vlnr: Rasta en Basta
voorste rij vlnr: kruidenmengsel en pasta .
(foto: Hollandse Gronden)

Tweepitters
We hangen dit niet aan de grote klok, want er zijn vast mensen die dit ziek vinden. Maar dat is onzin. Waarom is het ene dier meer waard dan het andere? We zorgen dat ze een prachtig leven hebben en pijnloos sterven. Dat kun je niet zeggen van de dieren uit de vleesfabrieken, zoals bijvoorbeeld varkens, die minstens zo slim en gevoelig zijn als honden. Het is waar, Basta en Rasta kunnen je trouwhartig aankijken en vertrouwen je volledig, maar eens gaan ze toch dood. Wij zetten de cyclus op een jaar. Toevallig was onze eerste hond een poedel, vandaar de naam Rasta. Meteen op 4 oktober, als ze nog in de pan liggen, gaan we al naar het dierenasiel om een nieuw koppel tweepitters uit te zoeken. Die noemen we weer Basta en Rasta. We zijn nu toe aan Basta V en Rasta V. We voeren ze het hele jaar als prinsen, zodat ze flink spek op de botten krijgen. De dieren vinden het fantastisch, het is wat je noemt echt een win-win-situatie.

Aap op de troon
Wij vinden dit een waardige manier om het dier te eren, passend in onze cultuur, waarin de mens boven het dier staat. Ooit heb ik daaraan getwijfeld. “Waarom zou dat zo zijn?”, vroeg ik iemand die dit standpunt al huldigde. Hij zei: “Anders zat er wel een aap op de troon.” Een overtuigend argument. Sindsdien weet ik dat dieren er zijn om de mens te gerieven en te voeden. Ik snap dan ook niks van vegetariërs en veganisten. De mens is een omnivoor, zo heeft de Schepper het beschikt, dus: Carpe Bestiam. Met op dierendag een stukje extra respect naar het dier toe zeg maar. Financieel kan het niet uit, maar dat offer brengen wij graag. Een kwestie van innerlijke beschaving.

Een snelle greep
“Zullen we dan maar?” vraag ik, want twee dagen (voor)bereiding hebben we wel nodig. Ik wil Basta en Rasta al roepen, maar Suchin zegt: “Wacht even. Weet je wat het vandaag voor dag is?”
“Vandaag? Geen idee. Hoezo?”
“De eerste vrijdag van oktober. Dan vieren we in Nederland onze Nationale Ouderendag.”
“O?”
Ze lacht naar me, met in haar blik iets dat ik niet herken. Dan doet ze een snelle greep onder de tafel en in een flits trekt ze een lang mes tevoorschijn. Ze schiet naar me toe, ik zie een blikkerend lemmet en een flikkering in haar ogen en hoor haar nog net zeggen: “Carpe Seniorem, schat.”
Dan wordt het zwart voor mijn ogen.

Kannibalisme
Kannibalisme is een groot taboe. Het opeten van honden en katten grenst aan kannibalisme omdat ze doorgaans als familieleden worden beschouwd. Het gebeurt dan ook weinig.
Er is veel getheoretiseerd over kannibalisme; één van die theorieën is samen te vatten onder de zin: er schuilt een kannibaal in ons allemaal. Daarvan zouden dan uitdrukkingen getuigen als ‘een lekker stuk’, ‘een oude taart’ of ‘een misselijk stuk vreten’.
Mij lijkt dat flauwekul. Maar … wat betekende kul ook alweer? En hoezo flauw?

4 reacties

Naar het reactie formulier

    • Boudewijn op 8 oktober 2020 om 15:00
    • Reageer

    Een verschrikkelijk , geestig stukje waar ethisch niets op aan te merken valt .

    • Menno Samplonius op 4 oktober 2020 om 15:45
    • Reageer

    Filmisch einde met knipoog naar Paul Verhoeven’s Basic instinct. Vindt de hond Zijzee in de pot? Taaie kost.

    • Martin Koster op 4 oktober 2020 om 13:09
    • Reageer

    Ach so, Herr Bergstra, das ist also des Pudels Kern. Dat is het eerste wat in mij opkwam toen ik uw stukje zag.
    Toen ik ging lezen constateerde ik dat u het pad der journalistiek verruild had voor dat der literatuur. Dat is ten zeerste toe te juichen, maar het is een uiterst gevaarlijk en glibberig pad. Het einde van uw stukje, heer Bergstra, kan niet. Het spijt mij dat ik dat moet vaststellen. Maar gaat u alstublieft door op de wankele weg der letteren, mag ik u bidden.

    • Max op 2 oktober 2020 om 20:08
    • Reageer

    Ik twijfel nog over Bosco, onze bonus boxer. We hebben kortelings behoorlijk geïnvesteerd in een intensieve anti- vlooien kuur. Zonde van het geld en smaak.
    Dit jaar maar weer Carpe Pullum.

Laat een antwoord achter aan Martin Koster Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.