Naar aanleiding van de vorige Zijzee werd ik gebeld door prof. Hanjanus van den Korenaere, hoogleraar Neerlandistiek aan de universiteit van Ukkel. Hij wees mij op een anachronisme in de vorige aflevering van Zijzee. In de illustratie bij het palingtrekken had ik ‘Oeps!’ geschreven. Maar het woordje oeps bestond helemaal nog niet ten tijde van het palingtrekken. Oeps!
Van den Korenaere is gespecialiseerd in tussenwerpsels en onomatopeeën oftewel klanknabootsingen. Oeps dook in het Nederlands voor het eerst op in de jaren negentig, vertelt hij. “Maar het heeft tot tien jaar geleden geduurd voordat ik er tegenaan liep. Gevoelsmatig kon ik het meteen plaatsen. Dat betekent dat het een sterk woord is,’ aldus de professor.
Deze afbeelding bij de vorige aflevering toonde een
pijnlijk anachronisme
Volle breedte
Ik was blij met het telefoontje, omdat de betekenis en diepgang van oeps mij nog niet in volledig duidelijk waren. Ik was oeps tegengekomen in appverkeer met een kleindochter, die mij een week te vroeg had gefeliciteerd met mijn verjaardag. Toen ik daar op wees kreeg ik ‘oeps’ als reactie. Ook zag ik het een keer op internet verschijnen: ‘Oeps, deze website is niet bereikbaar’. Beide keren moest ik denken aan ‘foutje bedankt’ van Rijk de Gooyer.
Van den Korenaere (‘Zeg gerust Hanjanus’) herkende deze voorbeelden meteen. ‘Oeps kan inderdaad als een soort halfslachtig excuus worden aangewend, maar je komt het ook tegen in alledaagse situaties, als iemand iets uit zijn handen laat glippen bijvoorbeeld ’, aldus de professor. ’Dan kunt u het zien als een uiting van schrik of verbazing.’
Pseudomatopee
‘Oeps,’ zo vervolgt de geleerde, ‘dook voor het eerst op in het Engels als oops, vermoedelijk in de jaren 1930. Oeps is een tussenwerpsel, net als woordjes als Oh of Ha of Bah. Het zijn woordjes die geen deel uitmaken van de zinstructuur. Anders dan de naam doet vermoeden hoeven tussenwerpsels niet per se ergens tussen te staan. ‘
‘Mogelijk is oeps ook een klanknabootsing’, doceert hij verder, ‘bijvoorbeeld van het geluid tussen een hik en een boertje in. Maar daarover zijn de meningen verdeeld. Er is nog jaren literatuur- en schermonderzoek nodig. Ik hoop binnenkort een positieve reactie te ontvangen op mijn subsidieaanvraag voor een promovendus. Op voorhand acht ik het een minder treffende klanknabootsing. Voor dat soort onomatopeeën heb ik een speciale categorie ontwikkeld, de zogenaamde pseudomatopeeën. Daar ben ik tien jaar geleden zelf op gepromoveerd. Cum laude, maar dit terzijde’. De prof lacht bescheiden.
Vier werpsels
Kukeleku
‘Goede onomatopeeën vind ik bijvoorbeeld koekoek, hik en sissen. Maar dat betekent niet dat ik oeps geen fraai woord vind. In tegendeel, met de vier samenstellende letters kon je al voor de geboorte van oeps vijf anagrammen vormen. Dankzij oeps zijn het er nu zes. Is dat niet schitterend? Het heeft me geïnspireerd tot een versje waar ze alle zes in voorkomen. Mag ik u dat ter informatie toesturen?’
‘Natuurlijk professor.’
Vijf minuten later ontving ik een mailtje met de beloofde strofen.
Deze keer vormen de letters geen epos
evenmin een pose
ze zijn nog geen peso waard
toch zijn ze niet voor de poes
en lopen ze niet in de soep.
Oeps! Hoe bestaat het!
De professor wordt bedankt. Waar zijn ze in Ukkel in godsnaam mee bezig?
2 reacties
1, 5, 8, 12, 15 maart. Piter, dit is niet bij te benen voor een mens met een mening. Help!
Het zal Zijzee ongetwijfeld aanspreken dat in de Griekse mythologie Spio een van de 50 Nereïden, zeenimfdochters van Nereus en de Oceanid Doris was. Variaties van haar naam waren Speio en Speo. Dus nog een extra anagram voor de oeps-verzamelaars. Vergeet vooral niet Van den Korenaere hierover in te lichten.