Dat Bernard Haitink is overleden zal u niet zijn ontgaan. De talrijke necro’s drukten mij weer eens op het raadselachtige vak van de dirigent. Ik heb wel eens gelezen dat je een dirigent moet zien als een musicus die het orkest bespeelt als zijn muziekinstrument. Ik ben er niet zeker van of orkestmusici dat een fijne vergelijking vinden.
Zoveel dirigenten zoveel dirigeerstijlen. Ik heb het over het slaan van de maat en het onderwijl verstrekken van speelinstructies aan het orkest of koor of allebei. Sommige dirigenten zijn niet om aan te zien. Zo’n Simon Rattle zou ik het liefst de grimassen van zijn bek slaan, zo ijdel staat die man te dirigeren. Haitink had dat niet. Van zijn bewegingen begrijp ik jammer genoeg weinig. Hij stond bijvoorbeeld met alle vingers van zijn linkerhand te bewegen. Wat hebben de orkestmusici daaraan? Ik mag het niet snappen. Het was een soort toveren, heb ik begrepen.
Slagroom
Ik dacht altijd dat het ware werk van dirigenten bestaat uit het instrueren van het orkest tijdens de repetities en dat het dirigeren tijdens concerten eigenlijk niet meer is dan het toefje slagroom op de taart. Natuurlijk moet er iemand zijn die aangeeft wanneer het stuk begint en in welk tempo. Maar voor de rest, dacht ik altijd, kan het orkest wonderwel zonder dirigent optreden. Die gedachte is ingegeven doordat ik vaak orkestmusici heb zien spelen zonder naar de dirigent te kijken. Toch heb ik dankzij alle terugblikken op Haitink inmiddels begrepen dat ik er goed naast zat.
Inzepers
Grote dirigenten vliegen over de hele wereld van het ene naar het andere orkest voor gastdirecties. Orkesten hebben hulpdirigenten in dienst, ook wel inzepers genaamd, die de stukken die op het programma staan alvast met het orkest instuderen alvorens de grote man (vrouwen zie je zelden op de bok) nog één of twee repetities langs komt om de puntjes op de i te zetten. Dan heb je het over zaken als tempo, intonatie, volume en weet ik veel wat nog meer. Cornelis Dopper was de inzeper voor Willem Mengelberg, de grote voorganger van Haitink bij het Concertgebouworkest.
Stadskanaal
Dat weet ik toevallig omdat Dopper uit Stadskanaal kwam, waar ik in de buurt woon. Een stichting in Stadskanaal zet al het mogelijke in het werk om de uitvoering van Doppers composities te bevorderen. Dopper was namelijk een verdienstelijk componist, van wie Mengelberg diverse composities heeft uitgevoerd. Niet zomaar een inzeper dus, die Dopper. Zijn naam prijkt dan ook op één van de balkons van de grote zaal van het Concertgebouw. De Stichting Cornelis Dopper organiseert op 21 november een uitvoering van zijn requiem in Stadskanaal.
Ongelooflijke prestatie
Over het inzepen moet niet te licht worden gedacht, want net als de hoofddirigent moeten de inzepers om te beginnen vlot een orkestpartituur kunnen lezen. In mijn ogen is dat al een ongelooflijke prestatie. Zelf kan ik me maar slecht een voorstelling maken van melodie en harmonie als ik pianomuziek van blad lees zonder een piano erbij. Maar die dirigenten lezen net zo makkelijk alle partijen van een symfonisch werk en vormen zich dan een oordeel over hoe het geheel moet klinken. Nu weet ik best dat ik met mijn helaas al te beperkte muzikaliteit geen maatstaf ben. In mijn jeugd heb ik pianoles gehad, maar daarna heb ik het pianospelen verwaarloosd tot na mijn pensioen. Inmiddels zit ik weer zo’n veertien jaar op pianoles, met matig resultaat. Mocht ik ooit gedacht hebben dat ik aardig muzikaal was, inmiddels weet ik beter.
Chineesjes
Ik bewonder iedereen die wel goed een instrument bespeelt. Als je de jonge mensen ziet die bij Podium Witteman hun kunnen demonstreren dan stokt je soms de adem. Er is veel, heel veel muzikaal talent. En discipline, want reken maar dat de meesten hard studeren. Soms, als ik wil weten hoe een stukje dat ik ga instuderen moet klinken, tik ik het in op youtube. Niet zelden zie je dan filmpjes van kleine Chineesjes, meestal meisjes, van nog lang geen tien jaar die zo’n stuk al fantastisch kunnen spelen, inclusief de moeilijke delen waar ik van mijn leven nooit aan toekom. Het onderstaande linkje verwijst naar een stukje waar ik sowieso mijn vingers niet aan ga branden.
Anke Chen_Age 5_Plays J.S.Bach Prelude No.6 in D Minor, BWV 875 – YouTube
Half vol, half leeg
Mijn pianoleraar probeert de moed erin te houden. Volgens hem ga ik nog steeds vooruit en speel ik ‘leuk’ piano. Ik doe mijn best het zelf ‘leuk’ te blijven vinden en dankzij hem lukt dat doorgaans wel. Hij zegt ook dat ik de neiging heb het glas half leeg te zien, hoewel het ook half vol is. En nou komt het merkwaardige: hier lijk ik op Haitink. Die was ook nooit tevreden, hij was een man vol twijfels over wat hij presteerde. Mensen die het kunnen weten beweerden op tv dat hij om die reden de Matthäus Passion niet aandurfde. Onvoorstelbaar! Ben je een wereldtopper als dirigent, geniaal tot en met, alom gewaardeerd en geprezen, en nog is het niet goed genoeg. Ach maestro, rust in vrede.
Recente reacties