Regelmatig doe ik met een goede vriend een boswandeling achter de Slotplaats te Bakkeveen. Immer belanden we dan bij de Freulevijver, waar we een broodje eten. Zo ook afgelopen maandag. Bij deze poel vermeldt een informatiepaneel het belangrijke historische feit dat prinses Juliana er in 1935 een bezoek bracht. Bij een inmiddels verdwenen ’theekoepel’ gebruikten zij en haar hofhouding het noenmaal.
De prinses zou later koningin worden, en daarna weer prinses. Zij toefde onder de groten der aarde maar was zo ongeveer de minst geëmancipeerde vrouw die ik me kan voorstellen. Nooit had ze een poot om op te staan.
Polygoon
In mijn ouderlijk huis hingen op de wc ProJuventute-kalenders met foto’s van Juliana, al dan niet geflankeerd door Prins Bernhard en haar dochters. In de bioscoop zag je haar soms in een Polygoon-Profilti-oudnieuwsjournaal, bijvoorbeeld als ze een bezoek had gebracht aan de tropen. Het ongemak droop van haar af als ze weer eens in een prauw moest stappen of een dansje moest maken met mannen gehuld in peniskokers. Ik begreep toen al dat ze haar bezoeken ook namens mij aflegde, maar had vooral het gevoel: hier hoor ik niet bij. Gerard Cox heeft dat gevoel bezongen in het liedje Arme Ouwe:
Ze lijkt zo op me moe
Die heeft ongeveer hetzelfde soort figuur
Die heeft ook zoiets onzekers in haar ogen
Die kan ook zo prutsen aan haar brilmontuur
Als ze bang is dat de mensen haar niet mogen
Partner
Ten tijde van Juliana’s bezoek aan de Freulevijver was haar omgeving al jaren bezig met het vinden van een voor haar geschikte man. Dat kon natuurlijk niet via een advertentie als
Vlotte jonge Dame v. Kon. Bl.,
zkt. Adell. Echtg.
nette verschijning, Prot.,
kl. gebr. geen bezw.
br. o. nr. …….
of iets dergelijks. Zes jaar duurde de zoektocht vooraleer Prins Bernhard kwam opdraven. Aan kleine gebreken geen gebrek bij deze prins.
Geschikte ladder
Ik herinner me een tv-interview waarin Bernhard en Juliana terugkeken op hun leven en zij, toen hun huwelijk ter sprake kwam, naïef genoeg was hem te vragen: ‘Wat zag je toen eigenlijk in dat malle mens?’ Waarna de prins, ietwat ongemakkelijk lachend, het antwoord schuldig bleef. Hij kon moeilijk antwoorden: je was een geschikte ladder om bij op te klimmen.
Buitengaats
Ik geef ogenblikkelijk toe dat dit mijn eigen interpretatie is van zijn motieven -wie doorgrondt tenslotte de wonderlijke wegen der liefde? Vast staat dat de tot prins gepromoveerde Bernhard zich naar behoren van zijn voornaamste echtelijke plicht heeft gekweten door voor nageslacht te zorgen. Vervolgens ging hij voor het echte werk buitengaats. Daarbij doel ik niet alleen op zijn jacht op dierlijk wild, hij was per slot van rekening van koninklijken roede. Juliana had het nakijken.
Regeerstijl
Binnen en buiten de pot produceerde de prins (voor zover bekend) slechts dochters. In dat opzicht lijkt onze huidige koning uit hetzelfde genetische hout gesneden. Willem Alexander heeft zich voordat hij aantrad laten ontvallen dat hij meer voelde voor de regeerstijl van zijn grootmoeder dan van zijn moeder, die een krachtige, geëmancipeerde persoonlijkheid is. Hij heeft zich niet helemaal aan zijn woord gehouden. Juliana zou bijvoorbeeld nooit een speedboot van twee miljoen euro hebben gekocht. Maar verder heeft onze vorst wel wat van zijn oma: ook zo’n persoonlijkheid die thuis natuurlijk best mag meepraten maar niet veel meer heeft in te brengen dan lege briefjes. Een andere overeenkomst is dat ik ook bij hem denk: hoef ik hier alsjeblieft niet bij te horen?
Echte gelijkheid
Zou het niet prachtig zijn als Maxima in Bernhards voetsporen was getreden? Eerst jezelf omhoog trouwen, daarna optimaal profiteren van je nieuwe positie: voortdurend op safari gaan en het op een hoeren en snoeren zetten met de mondiale jet set, hier en daar een miljoentje opstrijkend bij een delicate lobbymissie, terwijl Willem Alexander thuis achterblijft in de verpletterende wetenschap dat hij bedrogen wordt en net als zijn grootmoeder machteloos staat.
Het zit er bij deze vrouw niet in. Bij vrouwen überhaupt minder dan bij mannen, ben ik bang. Jammer, want zoiets zou een blijk zijn van echte gelijkheid tussen man en vrouw, zo constateerden mijn goede vriend en ik bij de Freulevijver terwijl we een krentenbol wegkauwden. Het was tenslotte 8 maart, op zo’n dag gun je vrouwen het beste van alle werelden.
2 reacties
De krimp op het Groninger Hogeland was in de jaren 60 en 70 ongekend. Vooral de kleine terpdorpen hadden er onder te lijden waardoor de leefbaarheid en sociale cohesie werden bedreigd. Bedreigd bestaan was in die tijd een noodkreet van sommige sociologen. Om het gemoed van de terpbewoners weer op te vijzelen, besloten bestuurders de monarchie in te schakelen. Men koos voor de kleinste gemeente op de stugge kleigronden en besloot Vorstin Juliana uit te nodigen voor een rondwandeling in en om een terp met een kopje koffie in het dorpshuis. Grote paniek op het gemeentehuis. Het gemak van het vooroorlogse dorpshuis was sterk verouderd en zeker niet geschikt voor onze Vorstin. Het gemak bestond uit een lange pisgoot voor de heren, waarbij men onder het pissen door kon discussiëren. En daarnaast een sterk verouderd afgesloten privaat voor de vrouwen. Er moest nu snel worden gehandeld. Een slimme gemeenteklerk kwam snel met een oplossing: op de plek van de lange pisgoot moest een invalidentoilet worden aangelegd. Een prima voorstel want daar was in die tijd een flinke rijkssubsidie voor. Er kon nu niks meer misgaan. Koningin Juliana omringd door notabelen genoot zichtbaar van haar wandeling. Bij een klein huisje met lage dakgoten werd even stilgestaan. Wonen daar nog mensen in ? Ja zeker majesteit, nu nog maar drie, maar voor de oorlog nog elf, antwoorde de voorzitter van dorpsbelangen, negen kinderen op zolder en de ouders in de kamer bedstee. Terug in het dorpshuis stond de koffie al klaar. De Vorstin rookte nog drie sigaretten met filter en stapte in de hofauto zonder gebruik te maken van het splinternieuwe sanitair.
En grootse aubade aan de emancipatie van man en vrouw. Maar ja, stiekem toch maar denken: hadden wij ook maar zo’n prachtige koninklijke roede.